AFDELING LUCHTVAARTKENNIS KNVvL
     

Terug naar startpagina 

 
Het begin
In het tweede nummer van de eerste jaargang van "Avia-Vliegwereld", officieel orgaan van de Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Luchtvaart, van 17 januari 1952, verscheen een oproep aan "Verzamelaars, Vliegtuigherkenners en Schaalmodelbouwers!", ondertekend door de voorzitter van de Commissie voor Luchtvaartkennis, Fred Zandvliet. In diezelfde Avia-Vliegwereld de mededeling dat het hoofdbestuur van de KNVvL zich accoord heeft verklaard met de uitbreiding van de activiteiten van de afdeling Modelvliegtuigsport, die dan ook de naam "Afdeling Modelvliegtuigsport en Luchtvaartkennis".

De nieuwe (voorlopig nog onder-)afdeling kwam natuurlijk niet uit de lucht vallen. In Nederland was de belangstelling voor de luchtvaart in de naoorlogse jaren duidelijk in de lift. Vliegtuigherkenning had zich in de oorlogsjaren als belangrijk bewezen. Herkenningsboekjes en plaatjesalbums (zoals de befaamde "Vliegende Vleugels" van de firma Niemeijer) waren verschenen, en in Engeland was reeds in 1948 een vereniging opgericht onder de naam Air Britain, die de geintersseerden in de luchtvaart bundelden. De doelstellingen van de afdeling waren ruim. Verzamelaars konden opgeven waarvoor ze interesse hadden, zoals foto's, speltjes, gegevens van fabrieken en maatschappijen, etc. Voor de geinteresseerden in het herkennen van vliegtuigen ("spotting", stond er voor de duidelijkheid bij), waren er foto en silouettentests, aandacht voor registratieletters, namen van vliegtuigen e.d., terwijl voor de modelbouwers "op aanvraag" de afdeling de nodige gegevens kon verstrekken ("nodig voor de door hen gewenste modellen van karton, hout of metaal").
De eerste Mededelingen
Uit de enveloppe, die de LvK leden ontvingen, rolden naast enkele foto's, stickers, time-tables en het herkenningslogboekje van BP, ook de Mededelingen. Het eerste jaargang van Mededelingen lijkt definitief verloren te zijn gegaan; maar er bestaan nog enkele nummers van het 2de jaargang (1953). De Mededelingen waren eenvoudige stencils en telden eerst 2, later 4 pagina's. In 1953 werd begonnen met publicatie van het vooroorlogse Nederlandse Burgerluchtvaart register. Verder bevatten de Mededelingen voornamelijk korte nieuwsfeiten, zoals vermelding van de eerste vlucht van nieuwe vliegtuigtypen.
Een eigen afdeling
De afdeling bleef zozeer groeien (een jaar na oprichting waren er al 256 leden) dat op de KNVvL jaarvergadering van 16 april 1955 te Noordwijk werd besloten een zelfstandige afdeling Luchtvaartkennis op te richten. Die oprichting vond officieel plaats in Utrecht op 17 december 1955. Het afdelingsbestuur werd gevormd door F. Zandvliet, J.L. Asselbergs en F.J. Scheffer. Het blad bleef in de daaropvolgende jaren hetzelfde karakter behouden, zowel uiterlijk als qua inhoud, met als nieuwe en zeer populaire rubriek het beantwoorden van vragen, veelal over vliegtuigtypen. Verder veel losse gegevens in het blad, productielijsten, de mutaties in het burgerluchtvaartregister; verhalen met enige lengte waren zeldzaam. Een belangrijke wijziging trad op in april 1961, toen van stencil werd overgegaan op een gedrukte uitgave op A5 formaat.
De steeds stijgende kosten bracht met zich mee dat in 1971 teruggekeerd moest worden naar de stencilmachine van de KNVvL. Bovendien had de PTT inmiddels beperkingen dan wel hogere tarieven opgelegd aan het meezenden van losse bijlagen in 1 enveloppe. Dat betekende het einde van het meezenden van timetables, stickers e.d., terwijl de foto's nu op 1 A4 blad werden gedrukt en aan Mededelingen vastgeniet. Geleidelijk aan werden nu ook de verhalen wat langer en diepgaander.
De KNVvL Luchtvaartencyclopedie
In 1975 werd op initiatief van toenmalig voorzitter Fred Zandvliet begonnen met de uitgave van de KNVvL Luchtvaartencyclopedie. Op het algemene deel van de Mededelingen volgden sindsdien een aantal pagina's waarin op een specifiek onderwerp, in de regel een vliegtuigtype, werd ingegaan. De encyclopedie, waarin alle vliegtuigen die in Nederland hadden gevlogen beschreven zouden moeten worden, was losbladig van opzet, waarbij een door de voorzitter ontworpen (en verder vermoedelijk door niemand begrepen) codering aangaf waar een onderwerp moest worden opgeborgen. Dit leidde tot diepgaandere historische artikelen en het gaf eens te meer aan dat de afdeling zich meer op luchtvaarthistorie ging richten. Begin 1976 viel het besluit om niet langer de korte nieuwsberichten in Mededelingen op te nemen; vele andere bladen voorzagen immers hierin reeds. Alleen de mutaties in het Nederlandse Burgerluchtvaartregister hebben alle ontwikkelingen overleefd en vormen hiermee de oudste, meest continue rubriek in het blad.

NVHK
In augustus 1953 valt te lezen in de Mededelingen dat "de Koninklijke Luchtmacht contact heeft opgenomen met de afdeling betreffende een wedstrijd vliegtuigherkenning". De eerste Nederlandse Vliegtuig Herkennings Kampioenschappen (NVHK) werden op de laatste zaterdag van october 1953 gehouden. Ook de NVHK overleefde alle ontwikkelingen binnen LvK, hoewel de luchtmacht zich uit de organisatie terugtrok nadat vliegtuigherkenning in de moderne oorlogsvoering betekenis had verloren. Hierna zette de Badhoevedorp-Sloten Luchtvaartclub zich in de kampioenschappen niet verloren te laten gaan; later trok het bestuur van LvK de organisatie aan zich (niet iedereen in Badhoevedorp vond dat eerlijk....).
van Mededelingen naar LUCHTVAARTKENNIS
Naast de Encyclopedie nam het aantal langere artikelen, ook in Mededelingen toe. Hier moet Wim Schoenmaker genoemd worden, die vanaf 1975 uitgebreid schreef over de geschiedenis van de Russische luchtvaart. De redactie van de Mededelingen werd vanaf die tijd meer en meer verzorgd door Harm Hazewinkel, sedert 1974 vice- voorzitter. Onder zijn invloed en dankzij medewerking van diverse leden verschenen in de Mededelingen steeds meer langere historische verhalen. In januari 1983 verscheen de 32ste jaargang van Mededelingen in een nieuwe lay-out en werd een echte redactie gevormd (Harm Hazewinkel, Herman Dekker en Nico Geldhof). Naarmate het karakter van de Mededelingen veranderde werd die naam minder toepasselijk gevonden. Vanaf maart 1984 stonden op een nieuw omslag de woorden Luchtvaartkennis en Mededelingen even groot. Vanaf januari 1987 verdween het woord Mededelingen en vanaf dat moment ging het afdelingsorgaan als LUCHTVAARTKENNIS (de hoofdletters werden gekozen om het blad van de afdeling te onderscheiden) door het leven. Nieuwe druktechnieken maakten dat ook meer (getekende) illustraties in de tekst konden worden opgenomen.

Publicaties
Behalve de Mededelingen en later LUCHTVAARTKENNIS gaf de afdeling nog diverse andere publicaties uit. De eerste verscheen in 1969, het door Fred Zandvliet samengestelde "Overzicht van de in het Nederlandse register voor luchtvaartuigen ingeschreven vliegtuigen en ballonnen over de periode 1920-1945". In 1983 werd een boekje over Nederlandse Austers, geschreven door Herman Dekker en Nico Geldhof uitgegeven, in 1986 gevolgd door een publicatie over de Dominie, door Nico Geldhof en Theo Wesselink. In 1988 begon de afdeling een samenwerking met de Stichting Vrienden van het Militair Luchtvaart Museum, met het uitgeven van een reeks publicaties over Nederlandse militaire vliegtuigen. Zo kon het resultaat van diepgaand onderzoek in meer uitgebreide vorm het licht zien. Uiteindelijk zijn er 13 delen verschenen.

Meer recent, en weer zelfstandig, verscheen in 1998 "van A tot Z", een door Harm Hazewinkel samengesteld overzicht van alle internationale burgerluchtvaart nationaliteitskenmerken vanaf 1919, en "Spijker", een overzicht van de vliegtuigbouw activiteiten van Spijker (door Frits Gerdesen, Nico Geldhof en Harm Hazewinkel, in 2002). Voor meer informatie over beide publicaties, die nog leverbaar zijn, zie onder projecten.
Air Britain en Verenigde Vleugels
De ontwikkeling van de afdeling tot een organisatie van luchtvaarthistorici vond in 1989-1990 zijn weerslag in de aansluiting bij de grootste internationale organisatie op dit gebied: Air Britain. Zo werd de afdeling Luchtvaartkennis tevens de Air Britain-Netherlands Branch. Hierbij paste ook een verbeterd tijdschrift; en zo werd besloten vanaf 1994 zes maal per jaar te verschijnen, waardoor de beschikbare financiele middelen, bij behoud van de omvang, beter aangewend konden worden en tevens uitvoeriger artikelen mogelijk werden. In 2000 werd het aantal nummers van LUCHTVAARTKENNIS per jaar teruggebracht van 6 tot 4 (dikkere) omdat de leden vanaf dat moment ook "Verenigde Vleugels" ontvingen, een op initiatief van Aviodrome ontstaan blad als samenwerkingsverband van diverse Nederlandse organisaties en verenigingen die zich met luchtvaarthistorie bezighouden.





Deze pagina is een bewerking van "50 jaar Luchtvaartkennis", door Harm Hazewinkel, zoals verschenen in LUCHTVAARTKENNIS jaargang 51, no 1, 2002.